Het leger van Myanmar stopt met aanvallen op de Kachin-rebellen in het noorden van het land. Dat werd vrijdag bekendgemaakt op de staatstelevisie. Het leger valt niet meer aan, omdat het naar eigen zeggen zijn doel bereikt heeft: het vestigen van een legerbasis in het gebied. Of hiermee echt een einde komt aan de gevechten is niet duidelijk. Het Onafhankelijkheidsleger van de Kachin heeft nog niet aangegeven ook de aanvallen te staken.
Het Myanmarese leger lanceerde met Kerstmis een offensief, nadat de Kachin hadden geweigerd vrachtwagens van de regering tot het gebied toe te laten. De strijdkrachten zetten gevechtsvliegtuigen en helikopters in, naar eigen zeggen om burgerslachtoffers te voorkomen.
De gevechten leidden tot veroordelingen van de internationale gemeenschap. Die eiste dat de strijd zou worden gestaakt en er zou worden onderhandeld.
Spanningen tussen de regering en de etnische minderheden in Myanmar worden gezien als het grootste probleem voor de Myanmarese president Thein Sein, die sinds 2011 aan de macht is en hervormingen doorvoert. Bijna alle etnische groepen hebben een vredesakkoord met de regering gesloten, behalve de Kachin, die meer autonomie willen.